Tot ik op een dag ruzie had. Het kon me niet meer schelen als er daardoor een einde aan mijn huwelijk zou komen. Ik ging in op de aandacht van een andere man, die mij al langere tijd aandacht gaf. Toen ik weer thuis kwam voelde ik me niet eens schuldig. Op dat moment besloot ik dat er een einde aan mijn huwelijk moest komen. Als ik met een andere man het bed kon delen en me daar niet schuldig over kon voelen, dan hield ik niet meer van mijn eigen man. Ik vertelde mijn man wat ik gedaan had en dat ik een einde aan ons huwelijk wilde maken.
Ik kreeg moeite met mezelf. Wat was er mis met mij. Ik kwetste mensen die ik niet wilde kwetsen. Ik wist niet meer wat ik wilde, hoe mijn toekomst er uit moest zien. Wie ik was. Ik ging naar de kerk, maar voelde er niks bij. Waar was God? Had Hij mij verlaten? Waar was mijn geloof uit mijn tienertijd? Waar waren mijn dromen en ambities? Ik ging op zoek naar mezelf, daarbij kreeg ik hulp van iemand uit de kerk. We kregen het over mijn huwelijk en relaties. Ik vertelde haar dat ik meerdere keren het bed gedeeld had met iemand. Zij vertelde mij dat telkens wanneer ik het bed deel met iemand ik samen één wordt met die persoon. Niet alleen lichamelijk, maar ook geestelijk. Een stukje van die ander blijft bij mij en een stukje van mij blijft bij de ander. (lees ook de eerste keer) Mijn relaties waren verbroken, maar de geestelijke banden die ik met die personen was aangegaan was er nog steeds. Die konden alleen verbroken worden door gebed.
Ze vroeg mij op te schrijven met wie ik allemaal het bed gedeeld had. Ik schaamde mij. Hoe zou zij het vinden om die namen op papier te zien. Maar ook hoeveel namen het waren. Maar ze gaf aan dat ik niet bang hoefde te zijn. Zij was ook een mens, ook iemand die vergeving nodig had. Ze vertelde mij haar eigen verhaal en dat gaf mij hoop. Samen met haar bracht ik mijn seksleven bij God. Ik vertelde Hem met wie ik het bed had gedeeld en vroeg Hem de band met elk persoon te ontbinden. Ook stuurde ik alle stukjes die van de anderen bij mij waren gebleven terug en riep ik de stukjes van mezelf die bij hen was blijven hangen terug. Ik voelde me helemaal warm worden. Alsof ik door vuur gereinigd werd. Maar ook voelde ik mezelf weer heel worden. Toen ik later opnieuw een relatie kreeg was het alsof ik mezelf als nieuw aan hem kon geven. Dat was zo fijn. En daar komt bij dat ik nu helemaal niet meer gevoelig ben voor de aandacht van andere mannen.
Misschien herken je jezelf in dit verhaal en denk je ik wil ook die banden verbreken. Je kunt dit samen doen met een pastoraal medewerker van de gemeente waar je lid van bent. Misschien durf je dat niet, maar weet dat Jezus voor je zonden gestorven is. Hij heeft allang gezien wat je gedaan hebt. Hij heeft er verdriet van, net als jij. Hij wil je graag vrij maken. Vraag Hem om kracht. Hij wil je helpen. En ik bid in de naam van Jezus dat je vrij zult worden.