Als kind had ik een hekel aan regels. Als tiener verzette ik me tegen de regels en als volwassene ben ik selectief met regels.
Wanneer ik het nut niet zie van een regel, zal ik er alles aan doen de regel niet te volgen. Daarbij zoek ik allerlei argumenten, waarom ik het niet nodig vind om naar de regel te luisteren. Het hangt er wel van af wat de consequentie is voor het overtreden van een regel.
Met verkeersregels heb ik geen moeite. Ze zijn er voor de veiligheid. Zonder spelregels een spel spelen, is niks aan, dus die zijn ook prima. De corona-regels? Daar wordt al zoveel over geoordeeld. Ik kan me er niet druk over maken. Maar gaan we het hebben over kerkelijke regels, dan gaat het bij mij kriebelen.
In de kerk van mijn jeugd, werden er twee diensten georganiseerd. Van mijn ouders moest ik in elk geval naar 1 dienst. Bij het eten, gingen we bidden voor het eten en na het eten, bijbel lezen en danken. O, wat vond ik het vreselijk, ik wilde weer buiten spelen, of naar mijn kamer. (ik nam me toen voor dat ‘later als ik groot ben’ gaan we bij het ontbijt bidden, bij de lunch bijbel lezen en bij het avondeten danken :-)). En zo kan ik nog wel even doorgaan over de regels van mijn opvoeding.
Maar door mijn (strenge) opvoeding, heb ik wel een liefde voor de Bijbel ontwikkeld. Nu vind ik het heerlijk om Bijbel te lezen. (tot ergernis van mijn kinderen) In de Bijbel vind ik ook weer allemaal regels. Deze regels zijn niet heilig, maar God is wel heilig.
Heilig betekent apart gezet. Door me te houden aan Gods regels, zonder ik me af van de wereld. Zijn regels zijn niet heilig. Maar ik wel!
Lieve groetjes,
Bianca