Waardevolle berichtjes

Oorlog in de Bijbel

Vorige week schreef ik dat ik bezig ben met een bijbel leesrooster waarin ik de Bijbel lees in chronologische volgorde. En na alle wetten die opgeschreven zijn, kom ik dan bij de verovering van het Beloofde land. En de verovering gaat niet in vrede. Nee, de Israëlieten moeten vechten.

Hoe kan een God van liefde nou oorlog toestaan. De vernietiging van die mensen. Het staat er zo duidelijk. De Israëlieten mochten niemand in leven laten. Ze moesten iedereen doden. Mannen, vrouwen, kinderen en zelfs baby’s. Dat is toch gewoon oneerlijk? Dat kan toch nooit de bedoeling zijn geweest van een liefdevolle Vader?

Zoals ik vorige week ook schreef, God is liefde, maar Hij is ook heilig. En naast heilig is Hij ook rechtvaardig. God had dat land aan Abraham beloofd. Al meer dan 400 jaar daarvoor. Toch is het niet Abraham die het land verovert, maar het volk Israël onder leiding van Jozua. En dan kun je zeggen, logisch want het was Abraham in zijn eentje nooit gelukt. Maar dan vergeet je dat God degene is die voor het volk streed. En wat God voor Israël deed, was een veel groter wonder geweest, als Hij dat voor alleen Abraham had gedaan.

Maar de maat waarmee de volken die in het Beloofde land woonden, zondigden, was vol. God kon hun zonden niet langer aanzien en besloot het is tijd om hen te vernietigen. Net zoals Hij in de tijd van Noach spijt had, dat Hij de mens gemaakt had en hen op Noach en zijn gezin na, vernietigde met een overstroming.

En zo zal er in de toekomst een moment zijn, waarop voor God de maat weer vol is. En dan komt Jezus terug. En zoals Hij heeft gezegd, zal Hij terug komen om te oordelen. De eerste keer dat Hij kwam was om ieder mens te redden. Maar als Hij nu komt, komt Hij om te oordelen.

Zoals Israël de wet kreeg, heeft de wereld nu het kruis.
Zoals Israël het Beloofde land mocht innemen, zo mag iedere gelovige de eeuwigheid binnen gaan.

Lieve groetjes,

Bianca

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *